Verschillende nationale en internationale overheden en organisaties zien het verhogen van het koolstofgehalte in landbouwbodems als win-win voor zowel het tegengaan (mitigatie) van klimaatverandering als het verbeteren van de voedselzekerheid. Onderzoekers van Wageningen University & Research (WUR) en een collega-onderzoeker van het Planbureau voor de leefomgeving (PBL) tonen aan dat zo’n win-win eerder uitzondering is, dan regel. Deze week publiceerden ze hun bevindingen in een artikel in Global Change Biology.
Aan de hand van meer dan 21 meta-analyses stellen de onderzoekers dat de waargenomen voordelige effecten van toenemende koolstof in de bodem op gewasopbrengsten inconsistent zijn, variërend van negatief tot neutraal tot positief.
Renske Hijbeek (WUR): ‘Bodems zijn buitengewoon complex en variabel. Om ervoor te zorgen dat de voedselproductie onder klimaatverandering op peil blijft, moeten we een reeks praktijken implementeren die zijn aangepast aan elke lokale context in plaats van te focussen op een onze-size-fits-all-oplossing.
Te hoge schattingen
Met behulp van een uitgebreide literatuurstudie en modellering vonden de onderzoekers weinig rechtvaardiging voor de huidige wereldwijde opwinding rond koolstofopslag in landbouwbodems. Hoewel de geschatte bijdragen van koolstofopslag in de bodem aan klimaatverandering wisselt, houdt bijna geen enkele schatting rekening met het feit dat de toename van bodemkoolstof in de loop van de tijd altijd afneemt, tot het maximum bereikt wordt: het verzadigingsniveau.
Als koolstofverzadiging in de bodem wordt meegenomen in berekeningen, vermindert de bijdrage van koolstofvastlegging in de bodem aan de mitigatie van klimaatverandering met 53-81% in vergelijking met de huidige schattingen.
Huidige kennis te eenzijdig
De onderzoekers concluderen in hun paper dat de bestaande kennisbasis de huidige agenda’s, die zich richten op koolstofopslag in de bodem, niet rechtvaardigt. ‘We moeten afstappen van klimaatslimme bodems en overschakelen naar bodemslimme landbouw, adaptief en aangepast aan elke lokale context, waarbij meerdere bodemfuncties gelijktijdig worden gekwantificeerd’, stelt Gabriel Moinet (WUR).
‘Alleen zulke alomvattende beoordelingen maken synergiën mogelijk om de duurzaamheid van land te maximaliseren en aan de agronomische eisen voor voedselzekerheid te voldoen. Bodemkoolstofopslag kan langs dit pad plaatsvinden en bijdragen aan de mitigatie van klimaatverandering, en moet als een bijkomend voordeel worden beschouwd.’