Het recente besluit van het nieuwe kabinet om te stoppen met het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) is een moedige maar verstandige keuze. De NPLG-doelen waren ambitieus en zouden voor een integrale oplossing voor de lange termijn moeten zorgen. Gelet op de urgentie van de problematiek die in de bouw, industrie en agrarische markt heerst, is het een rationeel besluit om nu adequaat de heersende crisissen aan te pakken. Door het land van het slot te halen en vanuit een werkbaar model opnieuw te kijken naar de lange termijn, wordt er ruimte gecreëerd voor noodzakelijke ontwikkelingen.
Specifiek de stikstofcrisis is op te lossen door de relatie tussen een project en de directe impact op de natuur op de juiste wijze in te schatten. De emissie is zuiver te bepalen, terwijl de depositie verder dan een kilometer niet meer direct herleidbaar is. Alle projecten buiten een kilometerzone vanaf Natura 2000 zouden daarom door externe saldering of door maatregelen die met grote zekerheid de emissie compenseren weer doorgang moeten kunnen vinden. Proportionaliteit moet weer terugkomen in de jurisprudentie; absolute zekerheid dat een specifiek stukje natuur geen schade ondervindt, houdt nu de vooruitgang tegen om gemiddeld alle natuur te ontlasten.