Tijdens de Biodiversiteitstop (COP15) in Montreal zijn biodiversiteitsdoelen gesteld. Om die te behalen hebben Nederlandse boeren en telers meer vrijheid en vertrouwen van de overheid nodig. Nu worden boeren en de agrarische sector vooral gewantrouwd, en daarom bepaalt de overheid hoe boeren moeten werken. Dat werkt averechts.
De overheid gaat nu veelal op de stoel van de boer zitten en geeft gedetailleerd aan hoe die zijn bedrijf moet runnen. De overheid bepaalt hoeveel meter teeltvrije zone naast een sloot noodzakelijk is, op welke manier gewasbeschermingsmiddelen gebruikt mogen worden, en tot welke datum een boer mest mag uitrijden. Maar de werkelijkheid is niet te vangen in dit soort generieke maatregelen. De overheid is vooral bezig met hoe de boer moet handelen, in plaats van welke doelen die boer of teler zou moeten behalen.
Over concrete doelen wordt er met de individuele boer niet gepraat, terwijl dat juist zo belangrijk is. Er zijn biodiversiteitsdoelen gesteld tijdens de top in Montreal, en die moeten doorvertaald worden naar de akker van een boer in bijvoorbeeld Luttelgeest. De overheid moet ruimte geven voor maatwerk en het gesprek aangaan over de doelen van die betreffende akker; van hoeveel milieubelasting is hier sprake en wat is acceptabel, bijvoorbeeld. De boer bepaalt vervolgens op welke wijze hij de milieu-impact gaat verminderen.
Er zijn allerlei meetmethoden waar boeren, telers en overheid gebruik van kunnen maken. Denk bijvoorbeeld aan de CLM Milieumeetlat. Daarop kun je precies zien wat de milieubelasting is van de gewasbeschermingsmiddelen op een individuele akker. Ook zijn er manieren om de bodemkwaliteit te meten. En met de Biodiversiteitsmonitor kan een boer bekijken wat er nodig is om de biodiversiteit te verbeteren.
Het is juist heel inefficiƫnt als de overheid bepaalt hoe boeren moeten handelen. Juist maatwerk is nodig met duidelijk gestelde doelen, want ieder bedrijf is anders. Zo kijken boeren veel meer naar elkaar en gaan zich vergelijken en voorlopers zijn dan een bron van inspiratie. Dat werkt veel stimulerender, is goedkoper en effectiever dan een overheid die zegt hoe boer en teler moeten werken.