In heel Nederland nog ruimte voor fosfaatdifferentiatie

Door heel Nederland biedt grondonderzoek nog ruimte voor gebruik van dierlijke mest. Dat concludeert Eurofins Agro Testing BV op basis van ruim 43.000 recente bodemanalyses. Om deze ruimte te kunnen benutten moet een boer beschikken over actuele grondonderzoeksresultaten. Op basis hiervan mag hij mogelijk meer dierlijke mest uitrijden mits de cijfers vallen onder de wettelijke norm.

Dierlijke mest is waardevol om gewassen van nutriënten te voorzien. Mest is niet alleen rijk aan stikstof, fosfaat en kalium, maar ook aan eiwitten, vetzuren en andere bijzondere organische stoffen. Te veel dierlijke mest kan tot uitspoeling leiden. Daarom is het gebruik van dierlijke mest beperkt door de wettelijke stikstof- en fosfaatgebruiksnorm. Hoewel de derogatie wordt afgebouwd blijft de regelgeving omtrent fosfaatgebruiksruimte bestaan. Bij lagere fosfaatklasses in de grond mag er meer fosfaat uit dierlijke mest worden toegediend.

Ruimte voor fosfaatdifferentiatie?

Zonder actueel grondonderzoek is de fosfaatgebruiksruimte per hectare 75 kg fosfaat voor grasland en 40 kg fosfaat voor bouwland. Als een veehouder over een actueel grondonderzoek beschikt en de fosfaattoestand niet in P-klasse ‘hoog’ valt, is er nog extra ruimte voor fosfaat en daarmee meer ruimte om voedingsstoffen en organische stof aan te voeren. Uit een recente inventarisatie van Eurofins blijkt dat er overal in Nederland percelen zijn die niet in P-klasse ‘hoog’ vallen en waar grondonderzoek dus ruimte biedt voor fosfaatdifferentiatie.

Rekenvoorbeeld

Dierlijke mest bevat onder meer stikstof en fosfaat. In dit voorbeeld gaan we uit van 4 kg N en 1.5 kg P per m3 drijfmest en van een gangbaar veehouderijbedrijf met drie percelen gras per perceel mais. Zonder grondonderzoek is het gebruik van drijfmest beperkt tot 38,5 m3 per ha. Door gebruik te maken van grondonderzoek kan dit toenemen tot 57,5 m3 per ha in 2024, 50 m3/ha in 2025 en 42,5 m3/ha in de jaren daarna. De komende jaren en zelfs na 2025 kan grondonderzoek extra plaatsingsruimte bieden voor dierlijke mest. De hoeveelheid stikstof en fosfaat in drijfmest kan bepaald worden met Eurofins’ MestCheck.

Grondonderzoek altijd nuttig

Wie de bodem niet laat analyseren, laat mogelijk ruimte liggen om meer mest toe te dienen dan aanvankelijk gedacht. Als de fosfaatcijfers van een perceel niet bekend zijn, dan wordt de fosfaattoestand van het perceel immers automatisch beoordeeld als ‘hoog’. Dit betekent dat er minder fosfaat, en dus minder dierlijke mest, mag worden toegediend. Minder dierlijke mest uitrijden betekent ook dat er minder nutriënten worden toegevoegd aan de bodem en dat er niks wordt gedaan aan koolstofopslag in organische stof. Het grondonderzoek BemestingsWijzer Compleet geeft inzicht in de mogelijke zwakke plekken in de bodemgezondheid, zowel op het chemisch/fysische als op het bodembiologische vlak. Op het verslag zijn onder andere ook informatie over de kali- en magnesiumtoestand in relatie tot de CEC, het kleihumuscomplex en pH te vinden. Dat maakt het mogelijk om gericht bodembeheer uit te voeren en de bodemgezondheid te verbeteren.