Duurzame prestaties van melkveehouders zijn zichtbaar te maken door te sturen op concrete doelen zoals ammoniakemissie, fosfaatbodemoverschot en weidegang. Ze bieden daarmee kansen voor een duurzame toekomst voor landbouw en natuur. Er is echter wel een betere borging van resultaten en een verhoging van de financiële waardering nodig. Dat kan met een aanpak die gericht is op de gezamenlijke doelen en waar samenwerking tussen boer, overheid en ketenpartners centraal staat.
Dat is een van de belangrijkste conclusies uit het evaluatierapport van het project Duurzame Melkveehouderij Drenthe, een Drentse praktijkpilot gericht op doelsturing.
Een belangrijke succesfactor in het project was verbinding en samenwerking. Dit gaat om de samenwerking tussen de partijen, maar ook om het verbinden van doelen uit landbouw, natuur en landelijke regelgeving. Landbouwgedeputeerde Jisse Otter: “Met doelsturing bleven de ondernemers aan zet. Tegelijk heeft het veel waardevolle en relevante inzichten in de praktijk opgeleverd, die we nu al inzetten in een krachtig vervolg onder de naam Duurzaam Boeren Drenthe. Hiermee kunnen we onze kennis over doelsturing samen verder uitbouwen. “
In het project Duurzame Melkveehouderij Drenthe werkten de afgelopen vijf jaar zeven projectpartners uit landbouw, natuur en milieu samen aan duurzaamheidsdoelen aan de hand van zogeheten Kritische Prestatie Indicatoren (KPI’s). Het gaat om het stikstof- en fosfaatbodemoverschot, de ammoniakemissie, klimaat en weidegang. In deze indicatoren zijn opgaven uit landbouw, natuur en milieu, vertaald naar concrete doelen op het boerenerf. Een kwart van de Drentse melkveehouders (232) sloot zich vrijwillig aan bij het project en ging aan de slag met het sturen op doelen. Door ze hiervoor te belonen en vooral ook het eigen handelingsperspectief centraal te stellen, konden deze melkveehouders werken aan een duurzame toekomst van landbouw en natuur in Drenthe.
Wat betreft de beloning, komt duidelijk naar voren dat een positieve financiële prikkel stimuleert. De beloning en borging van de KPI’s was in het project in balans: tegenover een relatief geringe beloning stond een relatief lage controle. Om een daadwerkelijke strategische verandering te bewerkstellingen en een toekomstig verdienmodel mogelijk te maken, moet deze balans naar een ander niveau worden gebracht. Daarbij is er zeker ruimte voor waardering in andere vormen, zoals vrijstellingen of kortingen in pacht of bedrijfslasten.
Verbeterde resultaten
Meer dan de helft van de deelnemers verbeterde gedurende het project hun resultaten. Jaarinvloeden hadden echter een grote invloed op deze resultaten. Door de weersomstandigheden werden doelen soms niet gehaald, terwijl wel de juiste maatregelen waren genomen. De bemesting was bijvoorbeeld volledig in afstemming met gewas en bodem, maar wanneer er door droogte geen gewas groeit, kunnen die mineralen niet via het gewas worden afgevoerd.
Duurzaam Boeren Drenthe
Doelsturing heeft in Drenthe inmiddels een vervolg gekregen in Duurzaam Boeren Drenthe. In dit project is er opnieuw een regeling voor melkveehouders waar maar liefst 387 Drentse melkveehouders zich voor hebben aangemeld. Dat is bijna de helft van de Drentse melkveehouders. Daarnaast is er een Drentse praktijkpilot van start gegaan voor akkerbouwers met de Biodiversiteitsmonitor Akkerbouw.