Het onderzoek van de Business Unit Glastuinbouw & Bloembollen van Wageningen University & Research (WUR) en de Club van 100 naar een circulaire glastuinbouw is afgerond. In het onderzoek werd gekeken naar de mogelijkheden en kansen voor een circulaire werkwijze in het glastuinbouw-cluster. Van de bevindingen is een interactieve PDF gemaakt. De komende tijd bepaalt WUR hoe het vervolg van het onderzoek eruit komt te zien.
De afgelopen jaren wordt veel gesproken over de circulaire economie. Maar hoe die eruitziet, hoe de glastuinbouw daaraan invulling kan geven én wat momenteel al gebeurt, was tot heden nog niet duidelijk. Daarom startte WUR met het onderzoeksproject circulaire glastuinbouw. Het onderzoek werd gefinancierd door de Club van 100 van de WUR; tien bedrijven uit de Club van 100 – met verschillende expertises – hadden ook zitting in de begeleidingscommissie van het project.
Zes materiaalstromen onderzocht
Resultaat van het onderzoek is een document met informatie waarmee de glastuinbouw aan de slag kan, vertelt projectleider Alexander Boedijn. Zo is eenduidig vastgelegd wat verstaan wordt onder circulaire glastuinbouw. “Ons doel: ervoor zorgen dat we dezelfde taal spreken als het gaat om de weg naar een circulaire glastuinbouw.”
Voor zes verschillende materiaalstromen (water, meststoffen, plastics, biomassa, CO2 en substraat) hebben de onderzoekers in kaart gebracht welke circulaire oplossingen nu al beschikbaar zijn en welke innovaties potentie hebben. Om te duiden hoe en waarom een bestaande praktijk of innovatie bijdraagt aan circulariteit is gebruikgemaakt van de definities in de R-ladder (zoals Refuse, Reuse en Recycle) en de transitiepaden (zoals gedefinieerd zijn door het PBL).
Startpunt voor innovatie
Uit die overzichten blijkt dus voor welke materiaalstromen en doelen er momenteel veel, of juist weinig oplossingen zijn. Daarmee kan het dienen als startpunt voor nieuwe innovaties, vertelt Boedijn. Het overzicht zal dan ook met regelmaat worden geüpdatet: bedrijven in de glastuinbouw met innovaties kunnen deze dan ook aanmelden bij de onderzoekers. Daarnaast kan het glastuinbouwcluster aan bijvoorbeeld de overheid en maatschappij laten zien wat al wel gebeurt, en wat de agenda voor de komende jaren is.
‘Dezelfde taal spreken als het gaat om circulaire glastuinbouw’
De glastuinbouw heeft de ambitie circulair te werken. Maar wat betekent dat precies? Wat gebeurt er nu al? En welke oplossingen zouden opgeschaald moeten worden? Daarnaar deed de Business Unit Glastuinbouw & Bloembollen van WUR onderzoek. Projectleider Alexander Boedijn: “We weten nu waar de grootste uitdagingen liggen.”
Alexander, waarom is WUR gestart met het onderzoek?
“Er wordt de laatste jaren veel gesproken over de circulaire economie. Maar wat precies de gevolgen daarvan zijn voor de glastuinbouw, dat was nog niet bekend. Daarom zijn we gestart met dit onderzoek dat gefinancierd is vanuit de Club van 100. Tien bedrijven uit de Club van 100 – met verschillende expertises – hadden ook zitting in de begeleidingscommissie van het project. Doel was namelijk dat het project écht aansloot op de praktijk van de glastuinbouw.”
Wat heeft het onderzoek opgeleverd?
“We hebben een interactieve PDF gemaakt. Dus geen lijvig rapport van honderden pagina’s, maar een document waarmee iedereen aan de slag kan en binnen tien minuten een idee kan vormen wat circulaire glastuinbouw inhoudt. In dat document vind je onder meer definities en doelen. Daarnaast hebben we circulariteit voor zes materiaalstromen in kaart gebracht: water, meststoffen, plastics, biomassa, CO2 en substraat. Ofwel: wat is het doel, en welke oplossingen zijn al beschikbaar?”
Wat viel op tijdens het onderzoek?
“Dat verschillende bedrijven op verschillende manieren aankijken tegen circulair werken. Met dit onderzoek zorgen we ervoor dat we dezelfde taal spreken. En dat er voor sommige materiaalstromen nog relatief weinig oplossingen bestaan. Soms is dat te begrijpen. Een voorbeeld: in het onderzoek keken we naar water; dat kun je niet eenvoudig ‘reshapen’. Maar er zijn ook plekken waar nog zeker ruimte is voor innovatie.”
Op welke manier helpt het onderzoek de glastuinbouw?
“Allereerst dus: het biedt overzicht waar allemaal aan gewerkt wordt, maar ook waar nog ruimte is voor nieuwe oplossingen. Het kan dus het startpunt zijn voor nieuwe innovatie en nieuwe samenwerkingen. Daarom werken we aan een voorstel voor een vervolg van dit project. Daarnaast kan de glastuinbouw aan de overheid en de maatschappij laten zien waar we staan. Daarom hebben we ervoor gekozen het document openbaar te maken: iedereen kan er gebruik van maken. Daardoor kunnen we allemaal hetzelfde verhaal vertellen over de circulaire glastuinbouw.”