Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Wageningen University & Research nemen het initiatief om de transparantie over de duurzaamheid van voedingsmiddelen in de winkel te verbeteren. Bedrijven en consumenten moeten de mogelijkheid krijgen de milieu-impact van producten te vergelijken. Een van de opties is een eenduidig Europees eco-label.
Op dit moment bestaan in Europa meerdere private en publieke eco-labels, keurmerken en uitingsvormen die per land verschillen. Alleen in Nederland zijn er al meer dan 140 keurmerken en logo’s op verpakkingen. Deze belichten meestal maar één of enkele duurzaamheidsaspecten, zoals CO2-uitstoot, dierenwelzijn of biologisch. Daarnaast zijn deze uitingen lang niet altijd even transparant en controleerbaar. Al die verschillende keurmerken zijn voor consumenten verwarrend. Milieu Centraal heeft weliswaar twaalf topkeurmerken geselecteerd, maar een goede vergelijking is buitengewoon complex.
Milieu-impact in één oogopslag
Een geharmoniseerde manier om de duurzaamheid van producten inzichtelijk te maken moet deze onduidelijkheid weghalen. Dit kan vergeleken worden met de Europese Nutri-Score op verpakkingen, die iets zegt over de gezondheid van voeding. Een eco-label kan in één oogopslag laten zien wat de impact van het product is op het milieu. Zo kan een consument geïnformeerd kiezen voor bijvoorbeeld een blik sperziebonen uit het buitenland of verse wortelen uit Nederland, of kiezen voor vlees of een plantaardige vleesvervanger. Dit moet in de markt ook leiden tot meer concurrentie op verduurzaming, in plaats van uitsluitend op de prijs van voedingsmiddelen.
Minister Piet Adema: De duurzame keuze moet voor de consument de makkelijke keuze worden. Een betrouwbare en vergelijkbare inzage in hoe duurzaam producten zijn helpt daarbij. Het stimuleert consumenten de duurzamere keuze te maken, de retail en industrie om te concurreren op duurzaamheid, en het helpt boeren een eerlijk inkomen te verdienen. Een goed verdienvermogen voor de boer is uiteindelijk de sleutel tot een de landbouwtransitie in Nederland. Ik wil daarom in het Landbouwakkoord ook afspraken maken over verduurzaming van het supermarktschap.”
Game changer
Onderzoekers van de WUR concluderen in een nieuw onderzoek dat een eco-label een game changer kan zijn voor de verduurzaming van voedsel. De verwachting is dat een standaard, betrouwbaar ecolabel ertoe zal leiden dat voedselbedrijven hun aanbod van producten zullen verduurzamen. De onderzoekers wijzen er ook op dat overheden en ketenpartners de data over de milieu-impact kunnen gebruiken om doelen te stellen voor een duurzamer aanbod van voedingsmiddelen.
Vooruitlopend op een eventueel Europees eco-label werken Wageningen University & Research en het ministerie van LNV sinds vorig jaar al met 25 Nederlandse partijen aan een standaardmethodiek voor het meten van de milieu-impact van voedsel. Aan deze samenwerking doen supermarktketens, voedselverwerkende bedrijven, voerleveranciers en kennisinstellingen, zoals Milieu Centraal en RIVM, mee. Het vloeit voort uit het Klimaatakkoord. Daarin is afgesproken dat voedingsproducenten de klimaatimpact van hun producten vanaf 2025 vrijwillig inzichtelijk maken. Dit kan resulteren in informatie op de verpakking of bijvoorbeeld door rapportages via de branche-organisaties.