Biologische landbouwbedrijven hebben in de periode 2011-2020 een hogere gemiddelde opbrengst behaald dan gangbare bedrijven. Ook de gemiddelde kosten waren hoger. In 2020 was de gemiddelde opbrengst voor een biologisch bedrijf 819 duizend euro tegen 599 duizend euro bij een gangbaar bedrijf, een verschil van 37 procent.
Bij de kosten in 2020 was het verschil 39 procent, 709 duizend euro voor biologisch en 510 duizend euro voor gangbaar.
Saldo biologische melkveebedrijven 20 procent hoger dan reguliere melkveebedrijven
Bij biologische melkveebedrijven was in 2020 het saldo met gemiddeld 108 duizend euro 20 procent hoger dan dat van gangbare melkveebedrijven. In de periode 2011-2020 zijn er wel verschillen te zien. In 2015 was het gemiddelde saldo van biologische melkveebedrijven 42 procent hoger dan dat van reguliere melkveebedrijven, in 2017 lag het 4 procent lager. Dit hangt nauw samen met het verschil in melkprijzen die gelden voor biologische en gangbare melk. In de biologische landbouw is de melkveesector met een aandeel van 28 procent de grootse deelsector.
Hoger saldo biologische akkerbouwbedrijven
Biologische akkerbouwbedrijven behaalden in 2020 gemiddeld een saldo van 82 duizend euro, 13 procent meer dan bij gangbare bedrijven waar het saldo 73 duizend euro betrof.
Vanaf 2011 tot en met 2015 was het saldo van biologische akkerbouwbedrijven lager dan van gangbare bedrijven, vanaf 2016 is het saldo van biologische bedrijven hoger, met een piek van 45 procent in 2019.
Wisselend beeld bij tuinbouwbedrijven
Bij de vergelijking tussen biologische en gangbare tuinbouwbedrijven is het beeld door de jaren heen sterk wisselend. Het saldo van biologische tuinbouwbedrijven laat in 2014 ten opzichte van de gangbare sector een piek van 50 procent zien en een dal van 30 procent in 2020.
Dit wisselend beeld wordt veroorzaakt door de grote heterogeniteit in de activiteiten (bijvoorbeeld siergewassen, glastuinbouw, groenten open grond) en verschil in gemiddelde bedrijfsgrootte.